Nu ook in Weert!
Patronaatsplein 7
+31 (0)6 8288 2000.

Zwangerschap en bevalling

Het kan nuttig zijn om een osteopaat tijdens de zwangerschap te raadplegen. Een gespannen middenrif of bewegingsverlies in de rug of het bekken van de moeder kunnen de baby beperken in zijn groei en beweging. Als de osteopaat de bewegingsvrijheid bij de moeder optimaliseert, verdwijnen heel wat ongemakken en zwangerschapskwaaltjes, zoals vermoeide benen, tintelingen, bekken- en rugpijn, … En daar zal ook de baby baat bij hebben.

Na de bevalling: een bevalling stelt het bekken zodanig op de proef dat het niet altijd terug zijn normale, meest ideale vorm aanneemt. Dat kan onmiddellijk of pas later voor rugpijn of andere klachten zorgen.

Osteopathie bij baby’s en kinderen

Kinderen vragen speciale aandacht binnen de geneeskunde en de osteopathie. Een baby is anders dan een peuter en een peuter is anders dan een kleuter of een puber. Als er een probleem optreedt in één van de groeifacetten, dan heeft dat gevolgen voor de totale ontwikkeling van een kind. Daarom behandelen we kinderen anders dan volwassenen. Een kind is immers volop in ontwikkeling, in lichaam en geest. Dat staat in ons handelen altijd centraal.

Hoe gaat de osteopaat te werk bij baby’s en kinderen?

Een baby ligt op de behandeltafel of bij de ouders op schoot tijdens de behandeling. De osteopaat begint meestal bij de voeten of het bekken om dan geleidelijk via de buik, borst en rug naar het hoofdje te gaan. Zo wordt een volledig onderzoek uitgevoerd terwijl de baby went aan de osteopaat en de aanraking. De therapeut gebruikt zachte technieken om bewegingsbeperkingen los te maken. Kinderen ervaren dit meestal als aangenaam. Sommige baby’s huilen tijdens de behandeling, anderen vallen in slaap door het ontspannen van de weefsels.

Eigenlijk is elk kind gebaat bij een osteopathisch onderzoek, want bewegingsverliezen zijn immers bij iedereen terug te vinden.

Waar komen problemen bij een pasgeborene vandaan?

Problemen ontstaan vaak door een verkeerde ligging in de baarmoeder of een problematische bevalling:

  • te lang of te kort,
  • in gang gezet of vertraagd,
  • stuitligging of met aangezicht vooruit,
  • gebruik van zuignap of tang,
  • grote drukkrachten van buitenaf,

Observeer uw baby en reageer

  • Geeft uw baby signalen van pijn bij het oppakken?
  • Werpt of duwt uw baby het hoofdje naar achter zonder reden?
  • Draait uw baby het hoofdje altijd naar dezelfde kant? Slaapt uw baby altijd op dezelfde zijde?
  • Ziet u een asymmetrie, afplatting, bult of verdikking aan het hoofdje?
  • Huilt of kreunt uw baby vaak zonder verklaarbare reden?
  • Heeft uw baby problemen bij het slikken of zuigen?
  • Heeft uw kindje na de voeding dikwijls oprispingen of geeft het regelmatig over?
  • Slaapt uw baby onvoldoende of juist te veel?